Copyright 2017 - De JeugdZaak

Oproep tot aanmelding voor de Bert Prinsenprijs 2017

 

Bent u of kent u een aanstormend pedagogisch talent met een vernieuwend initiatief voor opvoedsteun? Dat zich specifiek richt op een normaliserende aanpak bij opvoeding en ouderschap? Meld deze voor 8 september 2017 aan voor de Bert Prinsenprijs.

 

De Bert Prinsenprijs

Bert Prinsen heeft in zijn beroepsloopbaan zeer waardevolle bijdragen geleverd aan de verbetering en professionalisering van de preventieve jeugdzorg, gezondheidsbevordering en opvoedsteun. Om de praktijkverbetering en vernieuwing van de opvoedsteun onder de aandacht te blijven brengen is in 2011 de Bert Prinsenprijs in het leven geroepen. Deze prijs ondersteunt jonge professionals bij het (verder) ontwikkelen van initiatieven op het gebied van opvoedsteun, waar mogelijk en nodig samen met ouders en vrijwilligers.

De prijs wordt dit jaar voor de derde keer uitgereikt en bestaat onder meer uit een beeld en een certificaat. Daarnaast stellen de landelijke kennisinstituten Nederlands Jeugdinstituut (NJi) en Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ) beiden vier adviesuren beschikbaar aan het winnende initiatief.

 

Criteria

Het initiatief:

  • betreft ondersteuning in de opvoeding of het ouderschap;
  • is gericht (aanstaande) ouders en verzorgers van kinderen 0 tot 23 jaar;
  • komt direct ten goede aan ouders en verzorgers;
  • is vernieuwend, bestaat nog niet in de huidige vorm;
  • richt zich op een normaliserende in plaats van problematiserende/medicaliserende aanpak van vragen en problemen die ouders/verzorgers bij opvoeding en in het ouderschap tegen kunnen komen.
  • is eenvoudig uit te voeren en over te dragen aan andere organisaties;
  • heeft een onderbouwing waaruit blijkt dat het aannemelijk is dat het werkt - een evaluatie waaruit dit blijkt is een pluspunt;
  • is ondernomen door iemand die maximaal vijf jaar geleden is afgestudeerd aan een opleiding voor pedagogiek, public health (inclusief jeugdgezondheidszorg), maatschappelijk werk of jeugdzorg of een ander vakgebied dat bijdraagt aan de opvoedingsondersteuning.

 

Aanmeldformulier

Bent u of kent u iemand met een initiatief dat voldoet aan bovenstaande criteria, meld dit dan via het aanmeldformulier op de website van het NJi.

 

Jury en nominatie

De jury bestaat uit Bert Prinsen, Marieke Timmermans (NCJ) en Caroline Vink (NJi). Na 8 september 2017 beoordelen zij alle inzendingen op basis van de criteria en sterke punten. Hieruit komen drie genomineerden. Op 15 september 2017 worden zij op de hoogte gesteld van hun nominatie en uitgenodigd voor de uitreiking op 2 oktober a.s. bij de start van  de Week van de Opvoeding. Tijdens deze bijeenkomst wordt de winnaar bekend gemaakt.

 

Bert Prinsen

In oktober 2011 ging drs. Bert Prinsen met pensioen bij het Nederlands Jeugdinstituut. Bert Prinsen vertegenwoordigt ruim veertig jaar geschiedenis van opvoedsteun, preventie en gezondheidsbevordering in Nederland. Hij begon zijn loopbaan begin jaren zeventig van de vorige eeuw bij het Bureau voor Levens- en Gezinsvraagstukken, later opgegaan in de RIAGG, als medewerker preventie en voorlichting. In de jaren zeventig en tachtig was hij docent gezondheidskunde bij de Hogeschool Friesland en stafmedewerker gezondheidsvoorlichting bij de GGD Flevoland.

Vanaf de jaren negentig van de vorige eeuw tot op heden is Bert Prinsen in verschillende functies betrokken bij landelijke ontwikkelingen in de jeugdgezondheidszorg, opvoedsteun en preventieve jeugdzorg. Dat deed hij eerst bij het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn, sinds 2007 bij het Nederlands Jeugdinstituut en sinds 2012 als zelfstandig adviseur. In twintig jaar heeft hij vele landelijke vernieuwende projecten geleid en een indrukwekkende lijst van publicaties het licht doen zien.

Bert Prinsen was betrokken bij de ontwikkeling en verspreiding van programma's als 'VoorZorg', 'Triple P', 'Peuter in zicht', 'Moeders Informeren Moeders' en videohometraining. Daarnaast hielp hij een richtlijn voor gemeentelijke opvoedsteun te formuleren en de effectiviteit van de opvoedingshulp in Nederland en Vlaanderen te vergroten. Belangrijke aandachtspunten in zijn huidige werk zijn de doorontwikkeling van de Centra voor Jeugd en Gezin, de inrichting van de opvoed- en opgroeiondersteuning, de kosteneffectiviteit van opvoedsteun, het normaal houden van gewone opvoedvraagstukken en de aansluiting van gemeentelijke voorzieningen met de jeugdzorg.